Toetsing en afronding
.
Toetsing en afronding
- Gedurende 7 weken krijg je lesstof over urine en/ of bloedonderzoek.
- De lessen bestaan uit een theoriegedeelte en een praktijkgedeelte.
- Tijdens de toets maak je een deeltoets theorie (maximaal 10 punten) en een deeltoets praktijk (maximaal 10 punten)
- De punten van de theorietoets en de praktijktoets worden bij elkaar opgeteld en gedeeld door 2. Dit is je cijfer voor het betreffende lesblok.
- Het gemiddelde van deze twee cijfers (van twee blokken) vormt je cijfer voor LAB en dat wordt ingevoerd in Eduarte.
- Je moet beide cijfers (voor urineonderzoek en voor bloedonderzoek) voldoende hebben.
Toetsen
Periode
|
Toetscode
|
Toetsvorm
|
Naar de toets toe
|
|
3
|
FAT2001-LABLJ1 | Toets-01 | Theorie en praktijk
|
|
4
|
FAT2001-LABLJ1
|
Toets-02 | Theorie en praktijk
|
|
5 of 7
|
FAT2001-LABLJ1
|
Toets-01 | Theorie en praktijk
|
Het examen
Het bijbehorend examen bij dit vak betreft examen B . Voorwaarde om te kunnen gaan examineren is het hebben van een GO. Lees hiervoor de instructies die vermeld staan op de page over examinering. Uitleg over de examens zelf vind je op Digibib.